misbaksel

Bakken vind ik heel erg leuk. Het bakken zelf dan. Het opruimen vind ik helemaal niet leuk. Vooral omdat ik van alles overhoop haal voordat ik aan de slag kan gaan. Er is hier geen normale logica wat opbergen betreft. Maar wat is normaal? Oké alle bakspullen bij elkaar in 1 kastje. Nou dat gaat hier niet lukken. Ten eerste is het teveel. Ten tweede zijn bakblikken en aanverwante zaken heel lastig op te stapelen. Daarbij hou ik ook nog eens niet van al dat geklingelklangel van al dat metaal op elkaar en ik word er helemaaaaal gek van als al dat bakgerei gaat schuiven en dreigt om te vallen. En ten derde weet ik vaak van te voren niet welke bakvorm ik ga gebruiken en pak er een stuk of wat.

Nu heb ik natuurlijk niet alleen vormen nodig, maar ook spatels, mengmachines, mixers, weegschaal, zeven, koekvormpjes, slagroomspuitzak, mengkommen, snijplanken, lepels, maatbekers, maatlepels in allerlei maten, en nog veel meer. En als dan de taart of de koekjes in de oven staan, dan lijkt het of de keuken is ontploft. Ik weet, ik weet het. Mise-en-place! Alles voordat ik ga bakken netjes uitstallen, alvast afwegen en in nog meer schaaltjes en kommen doen en tussendoor steeds opruimen. Maar dat lukt mij niet. Als ik wil bakken dan wil ik bakken. En niet het huishouden doen. Gewoon, hup aan de slag en strooien met meel en suiker, de boter te lijf gaan met een paar messen (zie je, messen heb je ook nodig) en op de knop van de machine drukken zodat het een mooi deeg wordt.

De ontplofte keuken dus. Dat zie ik pas als het te bakken spul in de oven staat. Dan denk ik: “ik kan toch beter gebak gaan kopen, dat kost minder tijd en ik hoef ook niets op te ruimen”. Dan mis ik wel het plezier van het bakken zelf, maar heb veel minder troep en ook geen overvolle bakkasten. Ieder zijn hobby, den k ik maar.

Aan de afwas dan. Dat gaat allemaal niet in de vaatwasser passen en er zijn ook een hoop spullen die er niet in mogen, wegens smeltgevaar of omdat er een motor in zit. Zoals in mijn wondermachine die alles mooi kneedt en mengt en nu onder de bloem en citroen zit. En bakblikken mogen ook niet want dat worden ze teveel ontvet of gaan juist roesten. Het valt nog niet mee om de verleiding te weerstaan om ze toch niet met de hand te wassen maar stiekem toch in de vaatwasser te zetten. Eerst moeten alle beslagkommen af-en-uitgenomen worden met papier, want bloem en meel worden een soort cement in de gootsteen en dus in de afvoer. En dan heb je er weer een probleem bij en nog meer schoon te maken. Dan aan de slag met flink sop. Het afdruiprek is gemaakt om 4 kopjes en evenveel schoteltjes op te zetten, niet om grote kommen, blikken en een enorme hoeveelheid lepels, snijplanken en nog meer kommen en schalen op te laten uitdruipen. Per kom dus direct afdrogen. En door! 6 theedoeken later, en ook de grond gedweild want stromend water langs de gootsteenkastjes, is de klus dan eindelijk geklaard. De ovenwekker piept, de taart is klaar. Ik zet hem op een rooster om af te koelen. Hij ziet er heerlijk uit en ruikt verrukkelijk. Maar ik ruik ook nog iets anders. Wat is het? Ik ruik plastic, gesmolten plastic. Ik kijk in de oven, ik til de taart op, ik kijk overal. Maar nergens vind ik de boosdoener. Dan komt de geur zeker van buiten. Ik geef het op. En ik ga de taart versieren. O, eerst nog alle spullen opruimen, wegzetten en in kasten proppen. Een beetje glazuur, wat slagroom, bloemetjes en aardbeien maken de taart af. Op een mooi taartplateau staat hij te stralen. Tussen alle nieuw gecreëerde afwas. En daar zie ik ineens de plastic boosdoener.